Abonneren  Inloggen

Column: Ondergeschikte fraudeert, directeur wordt ontslagen

24 oktober 2022

Weet je als directeur echt alles van wat zich in je bedrijf afspeelt? Waarschijnlijk niet. Hoeft ook niet zolang het niet van belang is. Maar als je adjunct- directeur jarenlang exorbitante uitgaven doet en jou uitgebreid laat meegenieten van zijn uitspattingen, moet er een lichtje gaan branden en is een onderzoek op zijn plaats. Gebrek aan daadkracht bij de directeur leidde tot diens ontslag, zo blijkt uit een zaak waarover de kantonrechter te Amsterdam zich moest buigen.

Wat ging eraan vooraf? Op enig moment wordt ontdekt dat de adjunct-directeur valsheid in geschrifte heeft gepleegd door een handtekening van een medewerker van het accountantskantoor na te bootsen en onder de jaarrekening van het bedrijf te plaatsen. Ook voorziet hij de jaarrekening valselijk van goedkeurende stempels van het accountantskantoor. Hij wordt op staande voet ontslagen. Nader onderzoek wijst uit dat hij grote sommen geld heeft verduisterd, onder andere door privé-uitgaven met de zakelijke creditcard niet te verwerken in de administratie. De werkgever van de directeur, die laatste was geen eigenaar, maar in loondienst, laat een extern onderzoek uitvoeren. Daaruit blijkt dat de directeur niet op de hoogte was van de fraude. Hij had zich echter wel laten fêteren door de adjunct-directeur. Zo was hij, zonder daarvoor te betalen, op uitnodiging van de adjunct mee geweest naar een Grand Prix, inclusief diners en overnachtingen in dure hotels. Vrouw en kinderen mochten mee. Ook waren er reisjes geweest met het privé jacht van de adjunct-directeur.

‘Buitensporige uitgaven’

De werkgever vindt dat de directeur beter had moeten weten en het financiële reilen en zeilen onvoldoende heeft onderzocht, terwijl daar, gelet op het bestedingsgedrag van de adjunct-directeur zeker aanleiding toe was. De kantonrechter is het daarmee eens. De directeur had zich bovendien moeten realiseren dat de adjunct wellicht wederdiensten verwachtte of erop uit was dat de directeur hem minder zou controleren. De directeur had vragen moeten stellen, zeker nu de buitensporige uitgaven niet in verhouding stonden tot het salaris van de adjunct-directeur.

De kantonrechter is van oordeel dat de directeur ernstig verwijtbaar heeft gehandeld en ontbindt de arbeidsovereenkomst. Zonder ontslagvergoeding. De directeur had, gelet op zijn positie en verantwoordelijkheden, beter een gezonde dosis oplettendheid in acht kunnen nemen als het gaat om het handelen van zijn ondergeschikte. Door de gunsten te accepteren, is de directeur waarschijnlijk minder alert geweest en kon de adjunct zijn gang gaan. Dit heeft de directeur zijn baan gekost.


Margreeth Colenbrander is juridisch adviseur Dienstencentrum. Deze column verscheen eerder in PRINTmatters magazine 6. Het magazine ook ontvangen?

Neem een abonnement